Balans tussen innovatie en herontdekte traditie: Rob Bruijnzeels over de onvergankelijke waarden van de bibliotheek
Rob Bruijnzeels, bibliothecaris en medeoprichter van het Ministerie van Verbeelding, werkt hard aan de toekomst van bibliotheken. Met projecten zoals De bibliotheek van 100 talenten en Bibliotheken 2040 benadrukt hij het belang van kleinschaligheid en de balans tussen innovatie en traditie. In zijn boek Imagination & Participation laat hij zien hoe bibliotheken kunnen inspelen op sociale veranderingen.
“Wat ik wel spannend zou vinden is als POI’s terugkeren naar hun roots; het werken voor kleine kernen en de betekenis van schaalverkleining doorgronden, als tegenbeweging voor de massale schaalvergroting waardoor bussen en brievenbussen verdwijnen en dorpen doodbloeden. Dat een mooie balans gecreëerd wordt tussen innovatie en herontdekte traditie met bibliotheken die van de gemeenschap zijn.”
Rob Bruijnzeels is met pensioen maar heeft genoeg te doen. Na spraakmakende projecten als De bibliotheek van 100 talenten, Bibliotheken 2040, Bibliotheek.nl, De Bibliotheek Anders Bekeken en de Library School, in wisselende samenstelling samen met toen PBC’s nu POI’s en de VOB verlegt zijn focus zich sinds 2010 met het Ministerie van Verbeelding op het buitenland, met name Duitsland en Oostenrijk. “Duits leerde ik van het tv-programma de Sportschau. We zijn bezig het programmeren te onderzoeken en vorm te geven”. In hun boek Imagination & Participation leggen Rob en Joyce Sternheim hun visie over toekomst en architectuur van bibliotheken uit. Hoe bibliotheken resoneren met sociale veranderingen in programma en architectuur.
Verbeelding als toekomstverkenner
“De goeie ouwe PBC-tijd is een bepaalde fase in de ontwikkeling van het bibliotheekwerk die superbelangrijk is geweest, laat zeggen de bloeiperiode van 1975-1982 waarin elk durp een bibliotheek kreeg. De PBC’s hadden als taak ze op te zetten en te onderhouden, dat ging crescendo. Ik werkte toen bij PBC Noord-Brabant, waar we 6 tot 7 collecties per jaar kochten en nummerden voor bibliotheken die nog niet bestonden. In die periode werd veel over de inhoud gesproken, er was een enorm engagement. Wim De la Court, directeur van Openbare Bibliotheek Amsterdam publiceerde een boek over permanente educatie. In de jaren ’70 was het pionieren om smoel te geven aan de maatschappelijke relevantie, er was oprechte nieuwsgierigheid en de PBC-NH was een progressieve zelfs rebelse organisatie waar buiten de lijntjes gekleurd werd. In Santpoort werd bijvoorbeeld o.l.v. directeur Dick Römer een experimentele bibliotheek gestart.
Uit een feestje voor 40 jaar PBC-Brabant in 2000 ontstond het project Bibliotheken 2040 – de toekomst in uitvoering. Je kan je niet voorstellen hoe dat zal zijn en je enige wapen om de toekomst te verkennen is verbeelding. We hebben 7 toekomstbiebs gemaakt, zoals de Partizanenbibliotheek. Dat was een magische tijd voor mij en die eieren ben ik nog steeds aan het uitbroeden.”
Creatieve maakplaatsen zijn de catalogus
“De bibliotheek van nu gaat vaak over wat mensen niet kunnen in plaats van het faciliteren van de zoektocht naar en ontsluiting van passies en talenten van je publiek. Voor mij is de bibliotheek de collectie en de betekenis die mensen daarmee creëren, met de focus op de kracht van de verbeelding. Ik weet steeds beter dat bibliotheken over de collectie gaan en ik weet steeds minder zeker wat de collectie is. Je hebt de bronnen, voor diepgang en context en het werkmateriaal waar je iets mee gaat doen voor een verrijkte collectie. Het belang van de collectie werd onderstreept met vanaf de jaren ’90 jarenlange hooggewaardeerde excursies naar de Frankfurter Buchmesse en Bologna Children’s Bookfair, opgezet samen met onder andere Probiblio’s adjunct-directeur Rammy Speyer.”
“Het gesprek gaat meestal over het wat en hoe en niet over het waarom; wat maakt de bibliotheek uniek? Als je die vraag stelt wordt het stil. De collectie is circulair en creatieve plekken als maakplaatsen zijn de nieuwe catalogusafdeling, bruikbaar voor verbinding en het vertellen van verhalen. Inspirerend vind ik het nieuwsgierige engagement van het TextielLab in Tilburg waar allochtone vrouwen hun verhaal vertellen in borduurwerk, geïnspireerd door het nummer Coat of many colours waarin Dolly Parton haar moeder eer betoont voor het maken van haar jas uit oude lapjes.”
Programmering bestaat nu vaak uit seriële strovuurtjes, een inhoudsarme benadering maar het organiseren van het proces van programmering is het ontdekken van betekenis en die aan de collectie toevoegen. Dan maak je bijvoorbeeld een collectie over moedige mensen als je een programma maakt over een super beladen plek als concentratiekamp Vught. De bibliotheek is er om mensen verhalen te laten vertellen.
Verder praten met Rob Bruijnzeels mag altijd!
De Lonkende Leestafel is de community van ondernemende bibliotheekprofessionals. In deze interviewreeks gaan we in gesprek met avontuurlijke types.