Hoe programmamakers de collectie optimaal kunnen benutten

1. Haal inspiratie uit de collectie

Bij het ontwikkelen van een programma kan de collectie een startpunt zijn. Laat je inspireren door actuele thema’s in boeken en bouw daar een activiteit omheen. Denk aan een workshop over toekomstscenario’s bij een programma rond sciencefictionboeken of een schrijfworkshop geïnspireerd op dagboeken uit de collectie. Praat ook eens met de collectioneur om erachter te komen wat de nieuwste leestrends zijn. Soms twijfelt een collectioneur over de aanschaf van een bepaald boek, omdat het misschien wel controversieel is. Het dilemma van de collectioneur kan een startpunt van een programma zijn. Hoe ver gaan we met alternatieve geneeswijzen? Van welke politici nemen we wel of geen boeken op? Mooie startpunten voor schurende programmering.

2. Zet gastcuratoren of -collecteurs in

Betrek lokale auteurs, kunstenaars of andere inspirerende gasten bij je programma door hen een selectie uit de collectie te laten maken. Ze kunnen deze titels toelichten in een lezing of gesprek, of juist vooraf op de website, of in de bibliotheek op een thematafel. Zo bied je je publiek een nieuwe blik op bestaande boeken en laat je de collectie spreken via de ogen van een expert.

3. Voeg projectresultaten toe aan de collectie

Organiseer je een verhalenwedstrijd, een poëzieproject of een erfgoedprogramma? Overweeg dan om de resultaten fysiek of digitaal toe te voegen aan de collectie. Dit geeft deelnemers niet alleen een podium, maar zorgt ook voor een lokale toevoeging aan je collectie

4. Creëer moment van verstilling

Bibliotheekprogramma’s zijn vaak gericht op interactie, maar de collectie kan ook helpen om momenten van reflectie te bieden. Bouw bijvoorbeeld een stiltekwartier in waarin bezoekers een fragment lezen dat aansluit bij het thema van het programma, of open de bijeenkomst met een gedicht. Dit kan helpen om verdieping te brengen en een intiemere sfeer te creëren. Gebruik hier ook vooral de fictiecollectie voor, omdat verhalen iets bijzonders kunnen doen. Wie leest heeft immers een mooi verhaal.

5. Start een leesclub rondom een programma

Wil je dat een programma langer doorwerkt? Richt een tijdelijke of permanente leesclub op rondom het thema. Na een lezing, workshop of voorstelling kunnen deelnemers samen verder praten en lezen. Door een gezamenlijke leeservaring te koppelen aan een programma, vergroot je de impact ervan. Je kan deze mensen ook weer betrekken bij het samenstellen van je volgende programma.

Met deze ideeën wordt de collectie niet alleen een bron van informatie, maar ook een actieve deelnemer aan het programma-aanbod van de bibliotheek. Hoe zet jij de collectie in bij jouw programma’s?