Monitor Collecties 2024

Publicatie Collectie
Gepubliceerd op 18 juli 2024

In Noord- en Zuid-Holland werken bibliotheken samen aan hun collectiebeleid. Dat doen ze door middel van een provinciaal collectieplan en een jaarlijkse monitor. In de Monitor 2024 zijn de cijfermatige ontwikkelingen van de openbare bibliotheekcollecties bijeengebracht en geduid. De cijfers geven inzicht in uitleningen, reserveringen, titelspreiding en abonnement-structuren en actualiteit van de collectie, met bij ieder hoofdstuk duiding over de cijfers en tips voor het verbeteren van de collectie.

De cijfers worden aangevuld door inspirerende verhalen van collega’s uit ons netwerk over de rol van de collectie in de maatschappelijk educatieve bibliotheek en de veranderende rol van de collectiespecialist. We gaan in gesprek over de reis van de collectiespecialist met Marjolijne Krijger en David Rozema en spreken met Esmé van den Boom en Marc Rupert over de invulling binnen Forum Groningen van de rol van de Collectioneur van de toekomst.

We zoomen in op een bijeenkomst waarbij de verbeeldingskracht van collectiespecialisten en programmamakers de ruimte kreeg, even los van dagelijkse beslommeringen en oude denkkaders.  Deze twee interviews en het verslag bieden handvatten om als bibliotheek aan de slag te gaan met het reserveren van 20-30% van het collectiebudget voor de aansluiting bij lokale, nog onvoldoende vertegenwoordigde doelgroepen, andere domeinen binnen de bibliotheek en de (lokale) actualiteit.

De monitor is opgedeeld in de hoofdstukken hieronder. Bij elk onderwerp staat een tabel. Klik op de tabel om die te vergroten en de resultaten van jouw bibliotheek goed te bekijken.

Helemaal onderaan vind je de verantwoording van de cijfers.

Samenvatting

In de Monitor Collectie 2024 geven we de cijfers en schetsen we de ontwikkelingen op het gebied van uitleningen (fysiek en e-books), actualiteit van de collectie, reserveringen, titelspreiding en diversiteit en abonnementen van de bibliotheken in Noord- en Zuid-Holland. We gebruiken data over de jaren 2019 – 2023 en net als vorig jaar zijn de provincies Noord- en Zuid-Holland samengevoegd in één monitor. Probiblio vervult voor beide provincies dezelfde rol en één monitor stelt de lezer in staat de cijfers van meer bibliotheken met elkaar te vergelijken.

Voor de coronacrisis was het aantal uitleningen per jaar dalende. In 2023 nemen het aantal uitleningen weer iets af, maar de daling is lager dan verwacht op basis van de trend van voor 2019.
Niet alle bibliotheken laten een daling zien, 10 bibliotheken hebben meer uitleningen dan vorig jaar. Het bereik van de collectie verschilt. Sommige bibliotheken hebben meer uitleningen per lid, terwijl anderen meer uitleningen per inwoner hebben.

De landelijke norm van maximaal 5% uitleningen met materialen van buiten de eigen organisatie wordt in 2023 door nog maar één bibliotheek net niet gehaald. Gekeken naar de langere termijn (vanaf 2019) is het gebruik van collecties buiten de organisatie in totaal met een kwart toegenomen, maar blijft gemiddeld alsnog ruim binnen de norm.

Na een lichte daling in 2022 is het aantal uitleningen van e-books in 2023 ongeveer gelijk gebleven. Op de langere termijn is de positieve ontwikkeling van het gebruik van de online bibliotheek echter goed zichtbaar. Hiermee stabiliseert het gebruik van de online bibliotheek. Mogelijk dat de invoering van single identity waarmee klanten nog maar 1 account voor alle bibliotheekdiensten hebben in 2024 tot nieuwe groei leidt.

Tijdens de coronajaren steeg het aantal reserveringen enorm. Nu de maatregelen alweer enige tijd achter ons liggen, neemt ook het aantal reserveringen af. Het aantal reserveringen ligt nu zelfs onder het niveau van voor de pandemie. De verschillen tussen de bibliotheken zijn groot.

Gekeken naar de levertijd van de reserveringen is het aandeel bibliotheken dat de provinciale norm van 95% leveren binnen 6 weken haalt nog steeds beperkt: 2 van de 31 bibliotheken waar deze cijfers van bekend zijn halen deze norm. Ten opzichte van vorig jaar is het aantal bibliotheken dat deze norm niet haalt ook gestegen. Een verklaring hiervoor ligt in de leveringsproblemen in de 2e helft van 2023 van boekenleverancier NBD-Biblion. Toch is er ook goed nieuws; op langere termijn is de trend wel degelijk een positief; in 2019 deed gemiddeld 12% van de reserveringen er 6 weken of langer over, in 2023 nog maar 9%.

De titelspreiding van bibliotheken verschilt sterk: van 97% uniek tot 36% unieke collectie. Het aantal vestigingen, de grootte van de bibliotheek en het verdubbelen van veelgeleende titels zijn factoren die hierop van invloed zijn. Een bibliotheek met één vestiging heeft logischerwijs minder exemplaren per titel dan een grote bibliotheek met veel vestigingen.

De verschillen tussen de actualiteit van collecties in bibliotheken zijn groot. Ten opzichte van 2022 is het aantal bibliotheken met een collectie waarvan 20% van de materialen meer dan 10 jaar in de collectie zit afgenomen van acht naar twee bibliotheken. Naast saneren speelt collectiebudget voor de aanschaf van nieuwe materialen een grote rol in het vernieuwen van de collectie.

De voorwaarden van abonnementen verschillen sterk van elkaar. Dit geldt zowel voor de basis- als de plusabonnementen. Dit alles resulteert in 390 verschillende actieve type abonnementen met tenminste 50 leden (onder bibliotheken die in het Wise-systeem van Probiblio staan). Als alle type abonnementen meegenomen worden (met tenminste één lid), komen we uit op 784 verschillende abonnementen.

Ben je naar aanleiding van de informatie in deze monitor geïnteresseerd in contact met een collectiespecialist van een andere bibliotheek? Probiblio helpt graag in het leggen van contact.

Uitleningen

Al voor de coronacrisis was het aantal uitleningen per jaar dalende. Deze dalende trend is ook te zien in het Dashboard Bibliotheekstatistiek. Tijdens de coronapandemie (2020 en 2021) nam het aantal uitleningen echter sterk af vanwege de sluitingen van de bibliotheken. In 2022 herstelde het aantal uitleningen, maar werd het niveau van voor de pandemie nog niet bereikt. In 2023 nemen het aantal uitleningen vervolgens weer iets af, maar de daling is lager dan verwacht op basis van de trend van voor 2019.

Overigens zijn bij in totaal 10 bibliotheken de uitleningen ten opzichte van vorig jaar gestegen, waarbij met name de bibliotheken Rijn en Venen, Waterland en de Westfriese Bibliotheken opvallen. Deze laatste bibliotheek laat ook, evenals Cpunt en de Bibliotheek Amstelland, een stijging ten opzichte van 2019 zien.

 

Aantal uitleningen*

*Waterland heeft er 4 vestigingen bij en een gemeente aan zijn werkgebied toegevoegd.

De tabellen uitleningen per lid en uitleningen per inwoner laten zien wat het bereik van de collectie is bij leden en inwoners. Heeft een bibliotheek veel uitleningen per lid, maar weinig uitleningen per inwoner, betekent dit een goed bereik van de leden, maar relatief minder leden per inwoner. Een hoog aantal uitleningen per lid kan betekenen dat een bibliotheek relatief een grote groep veelleners (lenen 25 boeken of meer per jaar) bereikt. De tabel lenersanalyse geeft hier meer inzicht in. De Bibliotheek Krimpenerwaard heeft bijvoorbeeld met gemiddeld 22,4 uitleningen per lid het hoogste uitleencijfer. In de lenersanalyse staan zij met het aandeel veelleners ook bovenaan. In het algemeen zorgen veel 0-leners voor een laag aantal uitleningen per lid.

De tabel lenersanalyse laat ook zien dat het grootste deel van de leden geen boeken leent; gemiddeld vier op de tien leden lenen geen boeken. De groep veelleners is daarna het grootst; gemiddeld een op de vijf leden leent tenminste 25 boeken per jaar. De kleinste groep is de weiniglener. Het is dus lastig om leden de drempel over te krijgen om boeken te lenen: ze lezen óf veel, of niet.

 

Overigens zijn er bibliotheken die leden hebben die niet op hun pas kunnen lenen. Deze leden hebben bijvoorbeeld een pas om gebruik te maken van de faciliteiten van de bibliotheek zonder dat zij materialen kunnen lenen met hun abonnement of hebben een digital only abonnement. Deze leden zijn zichtbaar in de kolom aandeel leden die niet mogen lenen. Dit is een interessante groep voor de collectiespecialist en marketing, ze steunen de bibliotheek wel maar lenen geen boeken. Waarom is dat zo en hoe kan je deze groep verleiden om wel boeken te gaan lenen?

 

Als deze leden buiten beschouwing worden gelaten blijven de algemene verhoudingen uiteraard hetzelfde; de groep nulleners is het grootst (45%), gevolgd door de groep veelleners (23%) en de gemiddelde lener (20%). Bibliotheek Krimpenerwaard heeft het grootste aandeel veelleners, gevolgd door de Groene Venen. Bibliotheken AanZet, Zuid-Hollandse Delta, Westfriese, De Bieb voor de Zaanstreek en De Boekenberg hebben relatief veel nulleners. De Boekenberg werkt met een Freemium-model waarbij primair ingezet wordt op het bezoek van de bibliotheek (en de activiteiten) en het belang van uitlenen van materialen minder is. Bij De Bieb voor de Zaanstreek zijn verschillende budget-abonnementen waarbij het lenen van materialen beperkt is.

 

Aantal uitleningen per lid en per inwoner  

  

Lenersanalyse

De landelijke norm van maximaal 5% uitleningen buiten de organisatie wordt in 2023 door nog maar één bibliotheek net niet gehaald. Ten opzichte van vorig jaar is het gebruik van andere collecties in het algemeen ongeveer gelijk gebleven. Gekeken naar de langere termijn (vanaf 2019) is het gebruik van collecties buiten de organisatie in totaal met een kwart toegenomen, maar blijft gemiddeld alsnog ruim binnen de norm.

 

In alle bibliotheken stabiliseert of daalt het gebruik van andere collecties (uitgezonderd KopGroep Bibliotheken) wat aangeeft dat de collecties in de vestigingen beter aansluiten bij de behoefte van de lener (vaak veellener). Mogelijk wordt er daarom minder ruimte gemaakt in het collectiebudget om te experimenteren en nieuwe doelgroepen aan te trekken.

 

Herkomst uitleningen

             

Trend herkomst uitleningen

Na een lichte daling in 2022 is het aantal uitleningen van e-books in 2023 ongeveer gelijk gebleven. Op de langere termijn is de positieve ontwikkeling van het gebruik van de online bibliotheek echter goed zichtbaar; ten opzichte van 2019 is het aantal uitleningen van e-books met bijna 40% toegenomen, het aantal accounts met 50%. Bij De Bieb voor de Zaanstreek is het gebruik van e-books in deze periode zelfs bijna verdubbeld.
Het aantal uitleningen per account is het hoogst (meer dan 10) voor KopGroep Bibliotheken, Krimpenerwaard, Hoeksche Waard, Zuid-Hollandse Delta, de Groene Venen en Aan den IJssel. Bij De Bieb voor de Zaanstreek is deze, ondanks de verdubbeling van het gebruik van e-books, met gemiddeld bijna 6 uitleningen het laagst (en ook sinds 2019 sterk afgenomen).

 

Vijftigplussers lenen de meeste e-books; zij zijn verantwoordelijk voor tweederde van de uitleningen. Hoewel over het algemeen de verdeling naar leeftijd gelijk blijft neemt het aandeel van de uitleningen onder 41-60-jarigen in de periode van 2019 -2023 iets af, waar die binnen de groep 70-plussers juist stijgt. In 2023 zijn de 70-plussers jarigen goed voor bijna een kwart van de totale uitleningen e-books.

 

E-book uitleningen

 

Leeftijd e-bookleners

Na een lichte daling in 2022 is het aantal uitgeleende luisterboeken in 2023 weer toegenomen. Vooral bij bibliotheek De Hoeksche Waard, Westland en Forum Zoetermeer is het aantal uitleningen van luisterboeken ten opzichte van vorig jaar gestegen.

 

Luisterboeken

Uitleningen – veelgestelde vragen

  1. De samenstelling van de demografie van het werkgebied. Uit het dashboard fysieke collectie van de KB blijkt dat vooral kinderen van 4 tot 12 jaar en ouderen van 65 tot 85 jaar veel materialen lenen. Jongeren van 18 tot 25 jaarlenen juist relatief vaak weinig materialen. Zo kan de demografie van de bibliotheek invloed hebben op de uitleencijfers van de bibliotheek.
  2. De plek waar uitleningen op scholen worden geregistreerd (bij de school of bij de bibliotheek) heeft impact op het totaal aantal uitleningen.
  3. Het verschil in abonnementsvoorwaarden (uitleentermijnen, reserveringsgelden, te laatboetes en het aantal materialen dat geleend mag worden) heeft invloed op het aantal uitleningen.

Veel IBL-uitleningen duiden mogelijk op:

  • Een te kleine collectie, waardoor veel gebruik wordt gemaakt van collecties van andere bibliotheken.
  • Onvoldoende aanschaf op reserveringen, waardoor sneller bij andere bibliotheken gereserveerd wordt. Ideaal heb je minstens een titel per 3 reserveringen in huis.

Weinig IBL-uitleningen duiden mogelijk op:

  • Onvoldoende bekendheid met het gebruik van IBL bij leden en medewerkers publieksservice.
  • Minder experimenteerruimte binnen het collectiebudget om nieuwe niet-bereikte doelgroepen aan te spreken. De collectie is goed afgestemd op de lener die al in de bibliotheek komt.

Het meten van impact wordt steeds belangrijker, zoals benoemd in Hoofdstuk 9 van de Netwerkagenda Oogsten en borgen, 2023. Het aantal uitleningen aan leden is niet meer het belangrijkste doel van de bibliotheken; het hebben van impact met je collectie op bezoekers is zeker zo belangrijk. Een paar uitleningen aan weinigleners kan meer betekenen dan veel uitleningen aan veelleners. Reserveer daarom een deel van het budget (20 tot 30 procent) voor het collectioneren voor speciale doelgroepen. Maak hier duidelijke keuzes in. Het samenstellen, beheren en marketen van deze collectie kost meer tijd (80 procent) dan de collectie op uitleencijfers (20 procent). Maak verbinding met andere afdelingen en gebruik de expertise van deze afdelingen.

  1. In het document Maatschappelijke waarde en impact staan hulpmiddelen om met de impact van de bibliotheek aan de slag te gaan.
  2. In het beleidsplan/collectiebeleidsplan van een bibliotheek kunnen bepaalde doelen voor de collectie worden opgeschreven.
    • Sommige bibliotheken willen meer jongeren bereiken terwijl anderen zich juist richten op de basisvaardighedendoelgroep.
    • Een andere interessante groep is de weiniglener. Betrek hen bij het samenstellen van (een deel van) de collectie, door focusgroepen te organiseren bijvoorbeeld (en houd rekening met ruimte in het collectiebudget).
    • Stimuleer collectieve leeservaringen door het organiseren van leesclubs.
    • Ontdek de bouwstenen voor een lokaal collectieplan op Biebtobieb. Ook Probiblio ondersteunt bibliotheken met het opstellen van een collectiebeleidsplan.

Maak het lenen van materialen laagdrempelig via de BiebApp, via het Freemium-model (een gratis basislidmaatschap met beperkte mogelijkheden) of geef een gratis volwassenabonnement aan de leden tussen 18-25 jaar. Per saldo heeft dat zo’n 1100 leden opgeleverd bij bibliotheken in ons werkgebied, en deze groep leent nu zo’n 130% in vergelijking met voor de invoering van de gratis abonnementen.

 

Dus in zijn algemeenheid kun je stellen dat de ledenaantallen en de uitleningen fors toenemen, en dat de gederfde omzet – afhankelijk van de programmering – goed gemaakt kan worden op andere activiteiten. Verder is het handig om de gratis of Freemium-abonnementen in te zetten op de groep van 18 tot 30 jaar omdat daar traditioneel weinig leden zitten, en dus het bedrag aan gederfde omzet relatief laag is.

We zien dat dit thema in diverse steden speelt en een aantal bibliotheken het plan heeft opgevat om de lidmaatschappen voor deze doelgroep gratis te maken. Ook in het kader van de verder verslechterde leesvaardigheid bij jongeren lijkt de tijd nu rijp om hier een gesprek met de politiek over te hebben.

 

  1. Stem de collectie beter af op de doelgroepen in de omgeving van een vestiging met behulp van bijvoorbeeld Mosaic of werf nieuwe leden wanneer je relatief minder uitleningen per inwoner hebt ten opzichte van het aantal uitleningen per lid.
  2. Kijk naast Mosaic ook welke lener je bereikt.
    • Veel nietleners? Analyseer wie dit zijn en betrek hen met behulp van het inzetten van focusgroepen of stel een gastcollectioneur aan voor het samenstellen van (een deel van) de collectie.
    • Veel weinigleners? Analyseer of zij een bepaald stuk collectie wel lenen waar nu mogelijk te weinig aanbod is en betrek ook hen het samenstellen van de collectie.
    • Weinig veelleners? Schaf voldoende populaire titels aan en promoot deze collectie.
  3. Veel uitleningen per lid, maar niet per inwoner? Blijkbaar heb je veel tevreden leden, maar is de bibliotheek niet bij iedereen bekend. Start een campagne met bijvoorbeeld ambassadeurs om de bibliotheek beter bekend te maken onder de inwoners van het werkgebied.
  4. Koop in op basis van inzicht in uitleningen en grootte van de collectie via een collectieprofiel.
  5. Bevorder de deskundigheid van zowel de medewerkers van de Front-office als van de Collectioneur. Zo kan de klant beter geadviseerd worden en sneller met een passend boek naar huis gaan.
  6. Doe onderzoek via BiebPanel onder leden en niet-leden: een effectieve manier om de (on)tevredenheid over de collectie in kaart te brengen.
  7. Zorg voor een aantrekkelijke inrichting en collectiepresentatie om de collectie (beter) zichtbaar en toegankelijk te maken.
  8. Pas abonnementen aan:
    • Een uitleentermijn van drie weken in plaats van een uitleentermijn van vier weken zorgt dat het boek 25 % minder lang uitgeleend is en weer opnieuw uitgeleend/verlengd kan worden. Uit eerder onderzoek blijkt dat een leentermijn van vier weken door de meeste leden als ideaal wordt ervaren. 
    • Lange uitleentermijnen zorgen voor langere wachttijden bij reserveren.
    • De mogelijkheid om veel materialen tegelijk te lenen zorgt voor meer uitleningen.
    • Goedkopere/gratis abonnementen voor bepaalde doelgroepen (jongeren, taalhuisdeelnemers) zorgen voor een lagere drempel voor deze doelgroepen.
    • Telaatgelden zorgen voor een hogere drempel om boeken te lenen.
    • Reserveringsgelden zorgen voor een hogere drempel om te lenen of om lid te worden, terwijl geld vragen voor het niet ophalen van boeken minder weerstand lijkt op te roepen.

  1. De werkgroep fysieke-digitale collectie adviseert om vooral kennis over te dragen en de drempels te verlagen.
  2. Maak de online bibliotheek zichtbaar in de eigen bibliotheek. Bijvoorbeeld met QR-codes, een aantal bibliotheken is nu gestart met een pilot van de KB. Een andere mogelijkheid is via e-book stickers op de boeken.

De reis van de collectiespecialist en hoe deze verandert

De rol van de collectie in de maatschappelijk-educatieve bibliotheek verandert, en de collectiespecialist verandert mee. Bestaat de ‘homo bibliothecus’ en wie is dat dan? Probiblio’s HRD-adviseur Opleiden en ontwikkelen Marjolijne Krijger en Collectieadviseur David Rozema verenigen hun krachten om collectiespecialisten te begeleiden en prikkelen in hun zeer diverse loopbanen in het hart van onze branche.

Lees het hele interview

Reserveringen

Tijdens de coronajaren steeg het aantal reserveringen enorm. Nu de maatregelen alweer enige tijd achter ons liggen, neemt ook het aantal reserveringen af en is nu zelfs iets onder het niveau van voor de pandemie. De verschillen tussen de bibliotheken zijn groot. Waar bij sommige bibliotheken het aantal reserveringen ten opzichte van 2019 met de helft is toegenomen (bibliotheken Katwijk en Voorschoten-Wassenaar) is die bij andere bibliotheken met meer dan 10% afgenomen (bibliotheken Waterland, Forum Zoetermeer, Westfriese Bibliotheken en AanZet). Bibliotheek Voorschoten-Wassenaar laat de meest extreme ontwikkeling zien; in de periode 2019-2022 is daar het aantal reserveringen bijna verdriedubbeld, om in 2023 weer bijna te halveren.

 

Trendanalyse aantal reserveringen

Het percentage reserveringen binnen uitleningen is in het algemeen ten opzichte van 2022 gedaald, maar nog altijd bijna een kwart hoger dan in 2019. Ook hier zijn tussen de bibliotheken grote verschillen; waar voor sommige bibliotheken bijna één op de vijf uitleningen is gereserveerd (bibliotheken Hoeksche Waard en AanZet), is dit bij andere bibliotheken slechts één op de veertien (bibliotheken IJmond Noord en Heiloo).

 

Ook in de ontwikkeling op de langere termijn zijn de verschillen tussen de bibliotheken groot. Bij Bibliotheek Voorschoten-Wassenaar is het aandeel reserveringen binnen uitleningen in de periode tussen 2019 en 2023 verdrievoudigd en bij bibliotheken Katwijk en de Plataan (bijna) verdubbeld terwijl de bibliotheken Waterland, Kennemerwaard, Hilversum en Gooi+ juist een (lichte) daling laten zien.

 

Aandeel reserveringen binnen uitleningen

Gekeken naar de levertijd van de reserveringen is het aandeel bibliotheken dat de provinciale norm van 95% leveren binnen zes weken haalt nog steeds beperkt: 2 van de 31 bibliotheken haalt deze norm (De Bieb voor de Zaanstreek en Bibliotheek Velsen). Ten opzichte van vorig jaar is het aantal bibliotheken dat deze norm niet haalt ook gestegen; waar Voorschoten-Wassenaar, de Plataan en Bibliotheek Hoorn in 2022 de norm nog haalden, is dat in 2023 (net) niet het geval. Toch is er ook goed nieuws; op langere termijn is de trend wel degelijk een positief; in 2019 deed gemiddeld 12% van de reserveringen er 6 weken of langer over, in 2023 nog maar 9%. Vooral bij Bibliotheek Velsen is de levertijd in deze periode afgenomen.

 

Levertijd reserveringen

 

Trend levertijd reserveringen

Reserveringen – veelgestelde vragen

De afweging bij het reserveren is hoeveel middelen bibliotheken inzetten om de leden die reserveren tevreden te houden. Reserveringen zorgen voor gemak bij de klant en sluit aan bij ontwikkelingen als click & collect. Aan de andere kant reserveren belangrijke doelgroepen zoals kinderen minder en komen de mensen die reserveren vooral kort even in de bibliotheek om een boek af te halen. Ze komen daarentegen wel in de bibliotheek.

 

Voordelen van de mogelijkheid tot reserveren:

  1. Het geeft de klant gemak en sluit aan bij de behoefte van de klant.
  2. Het geeft inzicht in de vraag van de klant.
  3. De beschikbare collectie van de klant wordt vergroot: uitgeleende boeken zijn dan immers ook beschikbaar.
  4. De mogelijkheid tot reserveren verlaagt de drempel om te lenen.

Nadelen van de mogelijkheid tot reserveren:

  1. Klanten komen enkel in de bibliotheek om hun reserveringen op te halen (maar ze komen er wel). Om dit te ondervangen zou je kunnen overwegen de reserveringskast achterin de bibliotheek te zetten.
  2. Het kost tijd om reserveringen klaar te zetten.
  3. Niet alle reserveringen worden opgehaald. Sommige bibliotheken rekenen kosten voor het niet ophalen van de boeken.
  4. Goed inkopen op reserveringen (idealiter een exemplaar op 3 reserveringen) kost collectiebudget.

  1. Een gering aantal exemplaren populaire titels.
  2. Aanrijtijd transport en aansluitend intern proces.
  3. Lange uitleentermijnen waardoor boeken niet snel genoeg terugkomen.

  1. Koop extra exemplaren van boeken waar reserveringen op staan.
  2. Stimuleer het gebruik van de online bibliotheek.
  3. Pas de abonnementsvoorwaarden die effect hebben op de reserveringen aan:
    1. Kortere uitleentermijnen (voorwaarden) zorgen voor kortere wachttijden bij reserveren. (Kan ook op de populaire titels.)
    2. Reserveringsgelden afschaffen zorgen voor een lagere drempel om te reserveren.

Titelspreiding en diverse collectie

De titelspreiding van bibliotheken verschilt sterk: van 97% uniek (Bibliotheek Heiloo) tot 36% (Bibliotheek Westland) unieke collectie. Het aantal vestigingen, de grootte van de bibliotheek en het verdubbelen van veelgeleende titels zijn factoren die hierop van invloed zijn. Bibliotheek Heiloo met één vestiging heeft logischerwijs minder exemplaren per titel dan bijvoorbeeld Bibliotheek AanZet met 13 bibliotheken, 13 servicepunten en 4 afhaalpunten. Met een gemiddelde tussen de 56% en 57% unieke titels de afgelopen vijf jaar blijft het aantal unieke titels opvallend stabiel. Ook bij de bibliotheken zelf verandert niet veel op dit gebied. Bij Bibliotheek Velsen is het aandeel unieke titels ten opzichte van vorig jaar toegenomen, bij bibliotheken Kennemerwaard en Gooi+ namen deze iets af, wat een gevolg kan zijn van de fusies van deze bibliotheken. Op de langere termijn neemt het aandeel unieke titels bij Bibliotheek Westland, Velsen en aan de Vliet langzaam toe; bij bibliotheken Hoorn, Kennemerwaard en de Groene Venen iets af. De laatste jaren zien we dat het aanbod van titels bij NBD-Biblion iets terugloopt, omdat uitgevers minder uitbrengen. Dit zal op termijn ook gevolgen hebben voor de cijfers qua titelspreiding.

 

Titelspreiding

 

Aantal exemplaren

 

%Uniek

Titelspreiding en diverse collectie – veelgestelde vragen

Veel unieke titels:

  1. Brede collectie in hoofdvestiging, ter ondersteuning van de kleinere vestigingen (gratis reserveren binnen de organisatie is van groot belang).
  2. Niet genoeg budget om te verdubbelen, dus een keuze maken voor veel variatie in titels.
  3. Niet genoeg ruimte in de bibliotheek, dus kiezen voor een divers aanbod.
  4. Meer bereik van de kleinere groep leners die zich aangesproken voelen tot andere delen van de collectie dan waar de grotere groep leners zich door aangesproken voelt.

Weinig unieke titels:

  1. Kortere wachttijd voor klanten bij reserveringen.
  2. Populaire titels zijn ook zichtbaar in de bibliotheek.
  3. Iedere vestiging heeft hetzelfde aanbod.
  4. Veel leners voelen zich aangesproken door een klein deel van de titels en door het verdubbelen zijn deze eerder beschikbaar.

Een brede collectie met veel verschillende titels betekent nog niet gelijk dat de collectie divers is. Onder een diverse collectie verstaan wij een collectie waarin veel verschillende groepen inwoners zich kunnen herkennen. Met titels die niet per se aansluiten bij de populaire boeken in de bibliotheek. De collectiespecialist speelt een belangrijke rol hierin. Om erachter te komen welke titels groepen die nog niet goed vertegenwoordigd zijn in de collectie, aanspreken, zal de collectiespecialist actief het gesprek moeten aangaan. Bijvoorbeeld door focusgroepen te organiseren of een gastcollectioneur uit een bepaalde doelgroep aan te stellen.

 

Hieronder een aantal tips om de collectie diverser te maken:

  1. Reserveer 20 tot 30 procent van het collectiebudget voor het aansluiten bij lokale, nog onvoldoende vertegenwoordigde doelgroepen. De overige 80 tot 70 procent kan besteed worden aan (automatisch) collectioneren op basis van uitleencijfers. Ook benoemd in de Netwerkagenda (Hoofdstuk 11 – Stelseluitdaging 6 Collectie). Reserveer als collectiespecialist meer tijd voor de 20 tot 30 procent collectie die aansluit bij lokale onvoldoende vertegenwoordigde doelgroepen dan voor de 70 tot 80 procent die je aanschaft op basis van uitleencijfers.
  2. Ontdek hoe andere bibliotheken hun collectie laten aansluiten op hun inwoners, zoals Bibliotheek Rotterdam.
  3. Lees deze 8 tips voor een meer diverse collectie van Bibliotheek Midden-Brabant.
  4. Kickstart voor het samenwerken met jongeren: tips om jongeren te betrekken bij de bibliotheek.
  5. Doelgroepgericht werken met behulp van Whize Mosaic, CBS cijfers en/of de Scan Maatschappelijk Educatief werkveld. Als hulpmiddel om strategische keuzes te maken in de aanschaf van collectie.

Collectionista’s ontwerpen imaginaire biebs

Zet 15 collectiespecialisten en programmamakers van 11 bibliotheken bij elkaar, en als vanzelf gaat hun verbeeldingskracht aan het werk. De fictieve bibliotheek geeft ruimte om creatief te denken en even los van de dagelijkse beslommeringen oude denkkaders te doorbreken. Bovendien is iedereen het erover eens: niet alleen de externe verbinding is belangrijk: de interne verbinding kan zeker niet ontbreken.

 

Op 23 april kwamen collectiespecialisten en programmamakers uit Noord- en Zuid-Holland bij elkaar in de OBA om zich samen te buigen over toekomst van hun vak. De opdracht: het ontwerpen van 2 imaginaire bibliotheken (Geuzendam en Peterswerf – ontsproten aan het brein van collectieadviseurs Cees en Marjolein van Probiblio), met in het achterhoofd de strategische collectiebeleidsplannen. Het is uitstekend oefenmateriaal voor deze 2 groepen met een verschillend DNA, die in de toekomst veel met elkaar op gaan trekken. Een uitdaging daarbij is het streven om het publiek een grote stem in collectioneren te geven en 20 -30 % van het collectiebudget te reserveren voor het aansluiten bij lokale, nog onvoldoende vertegenwoordigde doelgroepen, andere domeinen binnen de bibliotheek en de (lokale) actualiteit.

Lees het hele artikel Open Link in Nieuwe Tab

Actualiteit van de collectie

De actualiteit van de collectie in onderstaande tabel gaat over de datum waarop het boek is aangeschaft. De verschillen tussen de actualiteit van collecties in bibliotheken zijn groot. Het aandeel materialen ouder dan tien jaar is het hoogst bij De Westfriese bibliotheken en Hoekse Waard. Bij bibliotheken Cpunt, Aan de Vliet en Zuid-Hollandse Delta is het aandeel collectie ouder dan tien jaar het kleinst. Ten opzichte van 2022 is het aantal bibliotheken met een collectie waarvan 20% van de materialen meer dan 10 jaar in de collectie zit afgenomen van acht naar twee bibliotheken. Naast saneren speelt collectiebudget voor de aanschaf van nieuwe materialen een grote rol in het vernieuwen van de collectie.

 

Bij de eerste groep bibliotheken zie je dat het deel van de collectie dat de afgelopen jaren is aangeschaft kleiner is ten opzichte van de tweede groep.

 

Actualiteit collectie

Ook zijn de verschillen in ontwikkelingen van de collectie op langere termijn groot. Bij De Westfriese Bibliotheken en Bibliotheek Westland is het aandeel materialen ouder dan 10 jaar vanaf 2019 (bijna) verdubbeld; bij Bibliotheek Velsen is deze gehalveerd.

 

Trendanalyse actualiteit collectie


Het gebruik van de collectie is het hoogst bij bibliotheken Aan de Vliet, Gouda en Katwijk. Bij De Westfriese bibliotheken, Schiedam en IJmond Noord is het gebruik van de collectie lager; daar is ook het aandeel boeken dat afgelopen 3 jaar niet is geleend hoger.

 

In het algemeen was in 2021 het gebruik van de collectie door de coronamaatregelen lager dan normaal. In 2023 lijkt dit volledig te zijn hersteld; driekwart van de materialen is daadwerkelijk uitgeleend. Het aandeel van de collectie dat nooit is geleend is in het algemeen en voor de afzonderlijke bibliotheken laag (1%) en stabiel over alle jaren. We zien een duidelijk verband tussen de actualiteit van de collectie en het gebruik daarvan.

 

Gebruik van de collectie

 

Trendanalyse gebruik van de collectie

Actualiteit van de collectie – veelgestelde vragen

  1. Inkopen op actualiteit zorgt dat de collectie beter aansluit bij actuele thema’s en bij programmering. Bredere aanpak in het kader van actualiteit kan ook meer fondsen. Meer lezen over de verbinding tussen collectie en programmering.
  2. Een actuele collectie biedt meer haakjes voor de communicatie- en de marketingafdeling.
  3. Een actuele collectie sluit aan bij de taak kennis en informatie beschikbaar stellen vanuit de WSOB.

  1. Mensen houden van een frisse actuele collectie met populaire titels en/of titels rondom een actueel thema, in niet-uitpuilende kasten. Een oude collectie wekt de indruk dat de bibliotheek weinig waarde hecht aan de collectie.
  2. Stukgelezen boeken en oudere exemplaren zien er minder aantrekkelijk uit.
  3. Als je goed saneert bevat de (kleinere) collectie nieuwere boeken en is er meer ruimte voor frontale presentatie.
  4. Een nieuwere collectie bevat minder verouderde informatie.

Inmiddels een bekend begrip in het collectielandschap is het 80-20% principe waarbij 80% van collectie als bulk wordt aangeschaft op uitleencijfers en 20% aansluit bij actualiteit, lokale verbinding en behoefte binnen de eigen organisatie. Dit is een streven, geen vaste regel. Werk bij de aanschaf van een speciale collectie samen met bijzondere (lokale) doelgroepen en kijk actief naar interne aansluiting met andere afdelingen. Stapje voor stapje bewegen bibliotheken al in deze richting en het voornemen is al vaak opgenomen in collectiebeleidsplannen. 

 

  1. Betrek gastcollectioneurs met kennis van specifieke actuele onderwerpen of gastcollectioneurs (in de vorm van een klankbordgroep) die goed op de hoogte zijn van de lokale situatie bij het samenstellen van de collectie.
  2. Betrek de afdelingen programmering en marketing bij het samenstellen van (delen van) de collectie.
  3. Werk samen en maak afspraken met de lokale boekhandel om snel de nieuwste materialen in huis te hebben, om in te kunnen springen op trends zoals BookTok.

  1. Zet in op Bibliotheek Collectie Beheer om het saneerproces te automatiseren.
  2. Reserveer tijd bij medewerkers om te saneren
  3. Maak voldoende budget vrij voor de vervanging van de (gesaneerde) collectie.

“We willen dat ons publiek zegt: ‘Dit is mijn plek’”

Adviseurs collectie bij Forum Groningen Esmé van den Boom en Marc Rupert geven in dit interview wat geheimen van hun succes prijs.

 

In de directiekamer op de kantoren–verdieping (de ‘boring area’) van de bibliotheek van Forum Groningen ontvangen de 2 collectionista’s van het eerste en nieuwste uur (Esmé van den Boom en Marc Rupert) mij om de geheimen van hun succes prijs te geven. Forum Groningen is sinds 2019 een MFO (Multi Functionele Organisatie), een organisatie met cultureel centrum, bibliotheek, filmtheater, museum voor strips, animatie en games en verschillende horecavoorzieningen. De huiskamer van de stad met in 2023 op het nippertje net geen 2,5 miljoen bezoekers. Vandaag is het er vredig en vol, met overal mensen die hun plek hebben gevonden. Op de vele schermen staat de tekst ‘Start here, go anywhere’. Een opvallend prettig intelligente en prikkelende tone of voice in alle uitingen, daar is door de marketingafdeling terdege over nagedacht.

 

Lees het volledige interview met Esmé en Marc

Abonnementen

De basisabonnementen bij de bibliotheken verschillen flink van elkaar:

  • De uitleentermijnen lopen van twee weken tot vier weken.
  • Het aantal te lenen materialen van zes exemplaren tot een onbeperkt aantal.
  • De prijs van een abonnement varieert van € 33,- tot € 60,-.
  • De mogelijkheden tot verlengen variëren van één keer tot drie maal drie weken.
  • Van geen boetes tot € 0,35 per geleend item per dag.
  • De maximale uitleentermijn varieert van vier weken tot twaalf weken.

De kosten voor het maken van reserveringen lopen nog meer uiteen (behalve bij bibliotheken Krimpenerwaard en Westland). Alleen in Bibliotheek Rotterdam is reserveren altijd gratis (als je het tenminste komt ophalen, anders kost het € 1,-). Bij andere bibliotheken kunnen leden vaak gratis reserveren binnen de eigen bibliotheek, maar betalen zij wel kosten voor het gebruik van materialen van andere bibliotheken. Sommige bibliotheken rekenen voor het reserveren van materialen juist altijd kosten. Ook worden er nog verschillen gemaakt tussen reserveren bij universiteitsbibliotheken of het reserveren van een toptitel.

 

Dit alles resulteert in 390 verschillende actieve abonnementen met tenminste 50 leden (onder de 31 bibliotheken die in het Wise-systeem van Probiblio staan). Als alle abonnementen meegenomen worden (met tenminste één lid), komen we uit op 784 verschillende abonnementen.

 

Basisabonnementen 2023 (alle cijfers in deze Monitor zijn gebaseerd op data uit 2023 dus gelden ook de toen gehanteerde abonnementsvoorwaarden)

Bij de plusabonnementen zijn net zulke grote verschillen te zien als bij de basisabonnementen. Een deel van de bibliotheken heeft geen ander abonnement dan een basisabonnement. Voor de bibliotheken die wel een plusabonnement hebben geldt het volgende:

 

  • De uitleentermijn loopt van drie tot dertien weken.
  • Het aantal materialen loopt van twaalf tot onbeperkt (of zestig wat vrijwel onbeperkt is).
  • De kosten lopen van € 45,- tot € 92,50.
  • De mogelijkheden tot verlengen variëren niet mogelijk tot zes maal zes weken.
  • Een groot deel van de plusabonnementen heeft geen telaatgelden en het hoogste bedrag is € 0,35.
  • De leentermijn verschilt van acht tot tweeënveertig weken.
  • Reserveren is over het algemeen gratis, behalve bij toptitels of voor materialen van buiten de eigen organisatie.

NB Bibliotheken DOK Delft en Den Haag vormen hier een uitzondering op, daar zijn er ook bij het plusabonnement kosten verbonden aan reserveren.

Abonnementen – veelgestelde vragen

  1. Lange uitleentermijnen zorgen voor langere wachttijden bij reserveren. Uit eerder onderzoek blijkt dat een leentermijn van vier weken door de meeste leden als ideaal wordt ervaren. 
  2. De mogelijkheid om veel materialen tegelijk te lenen zorgt voor meer uitleningen.
  3. Goedkopere of gratis abonnementen zorgen bij bepaalde doelgroepen zoals jongeren of Taalhuisdeelnemers voor een lagere drempel. Gratis abonnementen voor Taalhuisdeelnemers stellen hen in staat de materialen mee naar huis te nemen.
  4. Telaatgelden zorgen voor een hogere drempel om boeken te lenen. Deze drempel om de bibliotheek te bezoeken of lid te worden, geldt ook voor jeugd, zelfs met gratis abonnement. Soms ook vanwege het betalen voor een pasje of omdat er uit de Kringloop goedkoper boeken te halen zijn zonder restricties. Maar telaatgelden zijn voor veel bibliotheken een bron van inkomsten.
  5. Reserveringsgelden zorgen voor een hogere drempel om te reserveren.

Verantwoording cijfers

Voor de trendanalyses is voornamelijk gebruik gemaakt van data uit Probiblio Wise, aangevuld met data van individuele bibliotheken die niet zijn aangesloten op Probiblio Wise. Bij het gemiddelde onder in de tabel staat het gemiddelde van de bibliotheken daarboven. Ze zijn niet gecorrigeerd op grootte van de collectie of het aantal leden. Ook zijn alleen de bibliotheken meegenomen waarvan de data compleet is over de periode 2019-2023, om een zo goed mogelijke vergelijking te kunnen maken. Wanneer gemiddelde of totaal onderaan de tabellen staat bevat de laatste kolom het totaal. Ook daarbij geldt dat alleen de bibliotheken met complete data over de periode 2019-2023 zijn meegenomen. De data in de Monitor is een fotomoment van 1 januari 2024. Verder inzoomen op de eigen collectie is sinds kort ook mogelijk via het dashboard van de Koninklijke Bibliotheek. Bibliotheek Langedijk is in 2023 gefuseerd met Bibliotheek Kennemerwaard, terwijl Bibliotheek Huizen-Laren-Blaricum in 2023 is gefuseerd met Gooi en Meer. Voor deze bibliotheken is voor de historische data (2019-2022) een gewogen gemiddelde van de afzonderlijke bibliotheken berekend.

Van de bibliotheken die niet zijn aangesloten op Probiblio Wise of recent de overstap hebben gemaakt, is de data niet altijd 100% compleet, toepasbaar of vergelijkbaar in de tabellen. Het gaat om de volgende bibliotheken:

  • OBA (Vubis)
  • Bibliotheek Zuid-Kennemerland (ZKL) (Vubis)
  • Bibliotheek IJmond-Noord (standalone Wise)
  • De Bieb voor de Zaanstreek (2023 overgestapt naar Probiblio Wise).
  • Amstelland (voorheen standalone Wise)
  • De KopGroep Bibliotheken (voorheen Concerto)
  • Bibliotheek Den Haag (Vubiss)
  • Bibliotheek Rotterdam (stand-alone Wise)
  • DOK (stand-alone Wise)
  • BplusC (Vubiss)

De gegevens uit het Probiblio Wise-systeem zijn niet één op één vergelijkbaar met de WSOB-gegevens. Er zitten kleine verschillen in het aantal exemplaren tussen de verschillende tabellen. Probiblio Wise hanteert scherpere definities dan de WSOB en komt lager uit. De grootste verschillen liggen in tijdschriften, uitleningen op scholen, MuziekWeb en IBL-V. Per paragraaf geven we een interpretatie van de cijfers waarbij we verwijzen naar de bijbehorende tabellen in de bijlagen.

Deze monitor kwam tot stand in samenwerking met bibliotheken in Noord- en Zuid-Holland en de interne afdelingen Collectieadvies & Programmering, Communicatie, Marketing & Onderzoek en Automatisering & Digitalisering van Probiblio, met name Cees Kremer, Karen Bertrams en Marjolein van der Steen (teksten en interviews), Ron Koeman en Eva Bruinsma (tabellen en statistieken).